Nederlandse titel proefschrift Telezorg in verpleegkundige zorgpraktijken
Engelse titel proefschrift Understanding telecare construction work. An ethnography of nursing practice
Promovendus Hout, Annemarie van
Gepromoveerde is verpleegkundige (geweest)
Universiteit Universiteit van Amsterdam
Datum promotie 11/06/2019
Promotores Promotoren: prof. dr. A.J. Pols & prof. dr. D.L. Willems. Copromotor: dr. ir. M. Hettinga
Linkedin-account linkedin.com
Researchgate-url researchgate.net
Abstract (Engels)

This thesis is a study of telecare in nursing care practices. The use of technology will change care, in both expected and unexpected ways. Of course, care professionals will not physically be with patients when care is given at a distance. But there are also more subtle changes, like patients who use the technology on their own terms, and nurses’ improvised solutions to work around hindrances. All of these adjustments turn telecare practices into construction sites, where nurses and patients work to achieve good care. This thesis examines the way nurses do this construction work, to enhance our understanding of how care changes when it is given at a distance, and to support nursing practices to change in good ways.
In the first chapter, ‘Introducing telecare: from policy to practice’, I set out the framework for my research. Government and care organizations aim to solve the twin problem of increasing care demands and a declining labor pool by introducing technology to care at distance. The introduction of technology is based on hope and expectations and projects are often initiated with quite abstract ideas (like ‘guidance’ or ‘support’) regarding what kind of care can be given at a distance. The economic motivations for telecare overshadow the fact that implementing technologies has to take shape in nurses’ and patients’ daily practice. My research questions explore how they do this:
• What changes occur in care practices when nurses use technology to provide care at a distance and how do these changes come into being?
• How do nurses deal with such changes?
• How can nurses improve their care at a distance-practices and how can researchers contribute to this?
The introduction relates these research questions and my approach to literature concerned with care and technology. The body of research on telecare shows the hopes and fears that are both invested in care at a distance. In the eyes of advocates, like government and care organizations, telecare should lead to care that is more efficient and meshes with the trend of patient self-management. Care professionals, in contrast, fear that by not being physically present when caring at distance, they may miss out on information and their relationships with patients will deteriorate. Scholars point out that technology is seen both as a threat to the nursing profession and as an improver of nurses’ status. This ambiguous meaning of technology in the caring professions, is a recurring issue.
Everything around us can be part of care. Care is not only a professional activity, but also consists of mundane acts. It is not only something nurses do based on protocols and established procedures, but also takes place in unexpected actions by unexpected actors. To look at care this way, I introduce theories that emphasize the importance of things such as homes, other beings and objects in care, best encapsulated as a material-semiotic approach as it includes both humans and non-humans and their relations. The most important non-human in this study is telecare technology. Analyzing the activity of both humans and non- humans allows me to understand the obvious and more subtle changes in care practices when technology is introduced.

See dissertation for the complete summary.

Abstract (Nederlands)

Dit proefschrift is een onderzoek naar telezorg in verpleegkundige zorgpraktijken. Het gebruik van technologie verandert de zorg. Er zijn voor de hand liggende veranderingen, zoals dat bij telezorg de zorgprofessional fysiek niet meer aanwezig is, maar er kunnen ook onverwachte gevolgen zijn, bijvoorbeeld wanneer patiënten de technologie gebruiken op een andere manier dan oorspronkelijk was bedoeld, omdat die nieuwe manier beter past bij hun wensen. Verpleegkundigen moeten met de veranderde zorg omgaan, waarbij ze allerhande hindernissen tegenkomen en nieuwe mogelijkheden bedenken. Al deze kleine of grotere aanpassingen maken telezorgpraktijken een soort bouwplaatsen, waar verpleegkundigen en patiënten werken aan goede zorg. Voor dit proefschrift heb ik onderzoek gedaan naar hoe verpleegkundigen hun constructiewerk doen. Met mijn onderzoek draag ik bij aan inzicht in de manier waarop zorg verandert wanneer die op afstand wordt gegeven, met als doel de verpleegkundige praktijk te ondersteunen om op een goede manier te veranderen.
In het eerste hoofdstuk, ‘Een introductie van telezorg: van beleid tot praktijk’, schets ik het raamwerk voor mijn onderzoek. Overheid en zorgorganisaties streven naar het oplossen van de zorgkloof die de gezondheidszorg bedreigt: er is sprake van een toename in zorgvragen en een afname van het arbeidspotentieel. Technologie, waarmee zorg op afstand kan worden gegeven, moet hiervoor een oplossing bieden. Deze oplossing wordt ingegeven door hoop en verwachtingen. Inhoudelijk zijn de ideeën over wat voor soort zorg op afstand kan of moet worden gegeven abstract, bijvoorbeeld ‘begeleiding’ of ‘ondersteuning’. Vaak staan economische argumenten voorop bij beleidsmakers. Voor verpleegkundigen en patiënten geldt echter dat ze telezorg in de dagelijkse praktijk moeten vormgeven. De manier waarop ze dat doen, vormt de basis voor mijn onderzoeksvragen:
• Welke veranderingen treden op in zorgpraktijken wanneer verpleegkundigen technologie gebruiken om zorg op afstand te bieden en hoe ontstaan die veranderingen?
• Hoe gaan verpleegkundigen met deze veranderingen om?
• Op welke manieren kunnen verpleegkundigen hun telezorgpraktijken verbeteren en hoe kunnen onderzoekers hieraan bijdragen?
Ik plaats mijn onderzoeksvragen en mijn onderzoeksaanpak in het bredere verband van bestaande literatuur over zorg en technologie. De literatuur over telezorg laat zowel de verwachtingen als de zorgen zien die verbonden zijn aan telezorg. In de ogen van de pleitbezorgers, zoals de overheid en zorgorganisaties, biedt telezorg de kans op efficiëntere zorg, die bovendien beter past bij de trend van patiënten die zelfzorg en zelfmanagement beoefenen. Zorgprofessionals en onderzoekers echter, uiten hun zorgen over dat zorg op afstand kan leiden tot informatieverlies bij zorgprofessionals of dat hun relatie met patiënten zal veranderen. Wetenschappers wijzen erop hoe technologie wordt gezien als een bedreiging voor het verpleegkundig beroep, maar tegelijkertijd ook statusverhogend kan werken. Deze dubbele betekenis van technologie voor de zorg, of beter gezegd voor zorgprofessionals, is een terugkerend fenomeen.
Zorg is een veelomvattend begrip, omdat het over alles en iedereen om ons heen kan gaan. Zorg is niet alleen een professionele activiteit, maar ook alledaagse. Zorg kan iets zijn dat verpleegkundigen uitvoeren op basis van protocollen en procedures, maar het kan ook gaan om onverwachte activiteiten voor onverwachte participanten. Inzichten uit de wetenschaps- en techniekstudies zijn de basis voor mijn onderzoek waarbij ik gebruik maak van onderzoek dat wijst op het belang van zowel mensen (human), als van dingen en andere wezens (non-human), zoals de huisdieren waarmee mensen leven, de huizen waar ze in wonen en de spullen die daar in staan. Ik werk in dit onderzoek met een materieel semiotische benadering, omdat ik aandacht heb voor zowel mensen als dingen en hun relatie. Het belangrijkste idee is dat door de activiteiten van zowel mensen als de dingen naar voren te brengen, ik zowel voor de hand liggende als de meer subtiele veranderingen kan begrijpen die volgen op het gebruik van technologie voor zorg op afstand.

Zie proefschrift voor de volledige samenvatting.

Proefschrift downloaden (Engels) Proefschrift-van-Hout-A.pdf