Abstract (Nederlands) |
Wijkverpleegkundigen vervullen een belangrijke rol in de Nederlandse thuiszorg. Zij leiden zorgteams, stellen de zorgbehoeften van cliënten vast en stimuleren daarbij de onafhankelijkheid van cliënten. Ook vertalen ze evidence naar de praktijk om de zorg te verbeteren. Dit complexe samenspel van rollen vereist leiderschap. Het hoofddoel van dit proefschrift was onderzoeken hoe het leiderschap van wijkverpleegkundigen, gericht op het implementeren van evidence, versterkt kan worden.
Dit proefschrift heeft een aantal subdoelen in het bijzonder:
1) Inzicht bieden in bestaande programma's om leiderschap van verpleegkundigen in de langdurige zorg te versterken;
2) Ontwikkelen van een leiderschapsprogramma voor wijkverpleegkundigen, genaamd Nurses in the Lead, om leiderschap van wijkverpleegkundigen te versterken, toegepast op het implementeren van evidence voor het stimuleren van functionele activiteiten;
3) Evalueren van dit leiderschapsprogramma, gericht op veranderingen in het leiderschapsgedrag van wijkverpleegkundigen en het implementatie proces van het programma in de dagelijkse praktijk.
In Hoofdstuk 1 introduceren we eerst de huidige uitdagingen binnen de Nederlandse wijkverpleging en de organisatie van de wijkverpleegkundige zorg. Ook gaan we in op de rol en functie van de wijkverpleegkundige. Vervolgens beschrijven we de relevantie, de conceptualisering en het belang van verpleegkundig leiderschap voor het verbeteren van verpleegkundige uitkomsten. Ten slotte beschrijven we de relevantie van leiderschap voor de implementatie van evidence en introduceren we het Nurses in the Lead (NitL) programma.
Hoofdstuk 2 geeft inzicht in een systematische review naar bestaande leiderschapsprogramma’s voor verpleegkundigen in de langdurige zorg. We vonden 11 programma’s, uit een totaal van 3300 gescreende artikelen. Van deze 11 programma’s zijn er zes uitgevoerd in verpleeghuizen, drie in de thuiszorg, een in een geriatrische revalidatiezorginstelling en een in een niet‐gespecificeerde langdurige zorgsetting. De meeste programma's (n=8) waren gericht op het versterken van transformationeel leiderschap, en sommige programma's (n=3) combineerden het versterken van transformationeel leiderschap met klinisch leiderschap. De meeste programma's waren gericht op leiderschap van hbo‐gediplomeerde verpleegkundigen, terwijl andere programma's zich ook richtten op het leiderschap van mbo‐verpleegkundigen en verzorgenden. Vijf van de opgenomen programma's voor verpleegkundig leiderschap rapporteerden bevindingen van zowel proces‐ als effectevaluaties. De methodologische kwaliteitsbeoordeling toonde zwaktes in onderzoeksopzet, steekproefomvang en gegevensverzameling. Het blijft daarom moeilijk om goed gefundeerde uitspraken te doen over de effecten van deze programma's.
Zie proefschrift voor de volledige samenvatting.
|